Artiest
info |
website |
|
|
|
LON ELDRIDGE - GENT - 28/08/15 |
|
|
Veel naar concerten gaan heeft af en toe voordelen: zo doe je al eens een ontdekking, word je van je sokken geblazen door het 'voorprogramma'. Zoals onlangs in de N9: een zekere Lon Eldrigde zou daar het voorprogramma verzorgen voor Tiny Legs Tim.
De jongeman uit Chattanooga, Tennessee (tevens de geboortestad van Bessie Smith) speelt de ziel uit zijn Resonator, combineert moeiteloos blues met swing en ragtime, en ziet er op zijn zachtst gezegd merkwaardig uit. Podiumpresence, daar heeft hij ook al kaas van gegeten. Toen bleek dat de jongeman zijn zomer doorbracht in en rond Gent, spraken we met hem af op een zwoele vrijdagmiddag, om het tussen koffie en pint over muziek te hebben. Hij was er niet alleen trouwens die dag, hij had Ed Huey, bluesman extra-ordinaire uit Louisiana meegebracht.
Heeft iemand mijn weggeblazen sokken al gevonden ondertussen?
Wie is Lon Eldridge?
Ik ben opgegroeid in een muzikale familie, mijn moeder zingt en speelt ook mondharmonica en autoharp. Mijn vader speelt wat gitaar, hij kent een 6-tal akkoorden. Mijn ouders zongen heel veel vroeger. En, mijn vader is ook predikant.
Toen ik 13 was, ontdekte ik de gitaar. Dat kwam zo: een vriend kwam op bezoek, en we verveelden ons, dus nam ik mijn vaders gitaar en vroeg mijn vriend of hij kon spelen. Hij kende 1 akkoord: de D. Nadat hij me getoond had hoe ik die moest spelen, was de inspiratie op. En dus ging ik 's avonds naar mijn vader en vroeg of hij mij meer kon tonen. Dat waren dus die 6 akkoorden. En daarna begon ik zelf dingen op te zoeken, en muzikanten te bestuderen. Ik absorbeerde alles wat ik tegenkwam, en voila, 15 jaar later zit ik in België.
Waarom ragtime en swing, want de meeste tieners spelen rock of metal.
Zo ben ik ook begonnen, maar toen ik 18 was, begon ik mij af te vragen waar die rock vandaan kwam, wat de oorsprong ervan was. Ik werkte die zomer als monitor op een zomerkamp, en een vriend had een Resonator bij, hij speelde fingerstyle. Ik had zoiets nog nooit gehoord, en dus wou ik dat onmiddellijk leren. Hij toonde mij mijn eerste blueslicks en leerde me hoe ik slidegitaar moest spelen. Die zomer heeft mijn leven veranderd: rock is wel leuke muziek, maar deze muziek heeft veel meer passie, emotie, geschiedenis. En van de blues ging ik naar ragtime en gypsy jazz, en andere nevengenres. Ik werd erdoor gegrepen, zoals geen enkele soort muziek ooit gedaan heeft.
Tijdens je optredens vermeld je graag dat je van Chattanooga bent. Is die stad belangrijk voor jou?
Ik ben in de buurt van Chattanooga opgegroeid, en nu woon ik in het centrum. Ik hou echt van Chattanooga, want het is een heel groene stad, ongeveer even groot als Gent, maar met veel minder inwoners. Rondom de stad zijn er ook bergen, en de Tennessee-rivier loopt door het centrum. Je kan aan bergbeklimmen doen ook. En er is een goede muziekscène, er zitten heel wat creatievelingen in Chattanooga.
Je speelt ook in een groep die The 9th Street Stompers heet.
We spelen 'Red Hot Chattanooga Blues & Swing', alleen maar muziek die we zelf leuk vinden. De bassist, Skip Frontz, kwam een paar jaar geleden in Chattanooga wonen. Ze vroegen hem altijd of hij mij kende, en aan mij vroegen ze of ik Skip kende. En dus besloten we maar om eens samen te busken. Bleek dat we exact dezelfde muzieksmaak hebben. Het samenspelen voelt heel natuurlijk aan, en ondertussen hebben we een groep met nog een gitarist, een drummer en een fiddle-speler. We spelen meer swing dan blues, maar we amuseren ons altijd!
Je lijkt ook heel ontspannen op het podium, hoe heb je geleerd om met een publiek om te gaan?
Het op straat spelen heeft zeker geholpen, want je moet echt de aandacht van de mensen weten te trekken. Eens je die hebt, zijn mensen vlugger geneigd wat geld achter te laten. Plus, ik ben de zoon van een predikant, ik kan babbelen als de beste!
Maar ervaring speelt natuurlijk ook een rol. Toen ik begon op te treden, was ik nogal bang, want ik ben van nature nogal verlegen: ik was het kind dat in het restaurant zijn eigen eten niet durfde bestellen, en ik haatte ook harde geluiden, zoals een grote vrachtwagen die voorbij dendert, of een trein die voorbij raast.
Maar als muzikant ligt dat anders: ik ben een introvert die zichzelf gedwongen heeft om een extrovert te zijn. Hoe meer je iets doet, hoe zelfverzekerder je wordt, en hoe relaxter je bent. En dan speel ik beter, heb ik al gemerkt.
Je zorgt er ook altijd voor dat je er goed uitziet op het podium.
Al goed dat je mij nog nooit ’s morgens vroeg zien spelen hebt (lacht).
Dat maakt deel uit van het optreden, het is niet het meest belangrijke, maar wel een deel van het geheel. Je moet goed weten wat je kan spelen, maar het publiek mag ook wel eens iets ‘zien’.
Waar heb je Ed Huey ontmoet?
Dat was in Chattanooga, waar Ed lesgaf op de folkschool. Ik doe ook al eens iets voor die school, en mensen die ons beiden kenden, zeiden dat we samen moesten spelen. En op een dag kruisten we elkaar op school, en besloten we daar iets aan te doen.
Ed Huey – We moesten op hetzelfde festivalletje spelen. Ik googlede hem, en hij mij, en toen hij wist dat ik harmonica kon spelen, vroeg hij of ik wat wou meespelen. Normaalgezien is het dan de bedoeling dat je een paar nummertjes doet tijdens de tweede set, maar hij vroeg me al op het podium tijdens de eerste set, en toen ik na 2 songs begon in te pakken, vroeg hij of ik wou blijven zitten. Daarna hebben we een paar keer samengespeeld. Op een dag kwam hij met het idee om samen een album op te nemen, zo konden we die op onze beide solo optredens verkopen. En dat deden we dus (nvdr: 'Play dat thang!').
Zijn er nog andere mensen waarmee je graag zou samenwerken? Of speel je toch liever alleen?
Dat is een beetje zoals appels en peren: het is allebei fruit, maar toch verschillend. Ik vind het leuk om solo te spelen, want dan kan ik mijn eigen ding doen, en hoef ik met niemand rekening te houden. Maar, er zijn dingen die ik nooit alleen zou kunnen brengen op een podium, dingen die muziek naar een heel ander niveau tillen. Als ik met Ed speel, leunen we dichter bij de blues, en als ik alleen speel, is het meer ragtime en swing.
Nu, wat samenwerkingen betreft zou ik graag iets doen met Guy Forsyth, dat zou een droom zijn die uitkomt. En ik heb bij Ethno Flanders een percussionist en een bassist uit Duitsland leren kennen, misschien gaan we samen nog wel iets doen.
Waar en wanneer hoorde je voor het eerst over Ethno Flanders?
Christie Burns, een vriendin uit Chattanooga, heeft etnische muziekgeschiedenis gestudeerd in Cork. Daarna kwam ze naar België voor Gooikoorts, en daar ontmoette ze Myriam De Bonte, die haar vroeg of ze geen Amerikaanse delegatie naar België kon krijgen voor Ethno Flanders. Christie vroeg me of ik geen interesse had, en zo kwam ik in 2011 voor de eerste keer naar hier. En ik heb er nog geen minuut spijt van gehad, want het heeft mijn mening over muziek grondig veranderd. Na dat eerste jaar was ik verslaafd, ik moest terugkomen, en dit jaar was mijn 5de editie.
Ethno Flanders is een zomerkamp voor jonge muzikanten tussen 16 en 30 jaar. Wat ga je volgend jaar doen dan?
Ik word volgend jaar inderdaad 30. Dus ofwel moeten de organisatoren een oogje dichtknijpen (lacht), ofwel kan ik misschien in de organisatie meehelpen, eventueel als artistiek leider? Of misschien krijg ik wel een Ethno Tennessee editie van de grond, samen met Christie?
Wat is de grootste les die je daar geleerd hebt?
Wat ik voornamelijk geleerd heb, is dat er zoveel verschillende manieren zijn om muziek te spelen, en dat er ook vele verschillende mensen op deze wereld rondlopen. Maar eigenlijk maakt dat niet uit, want we zijn fundamenteel allemaal hetzelfde. We zien er misschien anders uit, we spreken een andere taal, we spelen een ander soort muziek, maar het mooie aan Ethno Flanders is dat die muren die we rondom onszelf gebouwd hebben gedurende de jaren, op één week worden afgebroken. Het is misschien naïef, maar ik denk dat als iedereen een instrument zou bespelen, en muziek zou maken met andere mensen, dan zouden er misschien minder oorlogen zijn. Want door Ethno groeit er een begrip tussen verschillende mensen van verschillende continenten, als een soort broederschap. Je brengt een week door met al die verschillende mensen, je eet met hen, je speelt muziek met hen, je slaapt naast hen, en op het einde zijn het je broers en zussen. En dat is uniek.
Zou je overwegen om naar Europa te verhuizen voor je carrière?
Dat was de roddel van deze editie, omdat ik veel in Europa ben. En ik moet toegeven dat ik er al over nagedacht heb, misschien vind ik wel iemand met wie ik aan huisruil kan doen: zij voor een paar maand in Chattanooga, en ik voor een paar maanden hier, in België. Ik zou het niet erg vinden om in de zomer hier te vertoeven, of ergens anders in Europa.
Andere Amerikaanse artiesten zijn je alleszins al voorgegaan, omdat het gemakkelijker is om hier optredens te strikken.
Voor mij is het redelijk gemakkelijk om optredens te krijgen, ik ben nogal exotisch voor de gemiddelde Europeaan. De afstanden zijn hier ook gemakkelijker dan in Tennessee, daar heb je 7 uur nodig om van de ene kant van de staat naar de andere kant te rijden.
Geloof je in toeval, of is er een reden achter je huidige succes?
Dat is een moeilijke. Ik geloof wel in oorzaak en gevolg. Maar op de een of andere manier lijkt het wel of ik momenteel op de juiste plaatsen ben op het juiste moment. Of dat komt door iets wat ik zelf gedaan heb, of door wat anderen voor mij gedaan hebben, daar ben ik nog niet uit. Ik ben wel bewust met muziek bezig, maar ik geloof ook dat soms het toeval een grote rol speelt. Maar, aan de andere kant zijn sommige dingen te ongeloofelijk om toeval te zijn. Misschien zit er iemand achter de schermen aan de touwtjes te trekken?
Ben je gelovig?
Ik was dat ooit, maar nu niet meer. Ik geloof wel dat er iets spiritueels is, iets wat we niet kunnen zien, maar ik denk niet dat iemand al uitgevogeld heeft wat dat dan precies is. Ik heb veel respect voor religie, maar het is niet echt iets voor mij.
Waarom?
Ik heb het geprobeerd, al mijn hele leven. Weet je, het zuiden van Amerika is redelijk conservatief, en voor velen is religie iets goeds, maar wanneer het een organisatie wordt, of te extreem in gelijk welke richting, dan hoeft het niet voor mij. Wanneer religie je leven overheerst en je tegenhoudt in je ontwikkeling, en je opsluit in je gedachten, dan is het geen goed idee.
Kan je mij iets vertellen over de tattoos op je vingers?
Er staat 'hold fast'op, 'fast' is een synoniem voor 'tight'.
Het is een tattoo die veel voorkomt bij matrozen, en ze hebben me verteld dat de matrozen geloofden dat tijdens stormweer, als de boot alle kanten uitgaat, dat dan deze woorden op hun vingers hun eraan herinnerden dat ze zich goed moeten vasthouden aan de touwen, en dat alles wel weer in orde komt.
Voor mij persoonlijk is het een herinnering dat ik me niet mag afzonderen. Ik heb namelijk de neiging om dat te doen als ik verdrietig ben, of teneergeslagen of boos. En dan niet voor een paar uurtjes, wat al eens goed kan zijn, nee, ik kan me dagenlang afsluiten voor iedereen, en dat is eigenlijk niet zo goed. Die tattoo herinnert me eraan dat ik me moet vasthouden aan de koorden in mijn leven, dat zijn mijn vrienden en mijn familie, de dingen waar ik in geloof, zoals mijn muziek. En ik hou die koorden stevig vast, ze houden me op het schip wanneer het wat stormachtig wordt.
Kathy Van Peteghem
|